Toyota Auris (2018 year). Manual in Dutch - part 35

 

  Index      Toyota     Toyota Auris (2018 year) - manual in Dutch

 

Search            copyright infringement  

 

 

 

 

 

 

 

 

Content      ..     33      34      35      36     ..

 

 

Toyota Auris (2018 year). Manual in Dutch - part 35

 

 

626

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

Start de motor van de tweede auto. Verhoog het motortoerental iets
en  laat  de  motor  gedurende  ongeveer  5  minuten  met  het  ver-
hoogde toerental draaien om de accu van uw auto op te laden.
Auto's  met  Smart  entry-systeem  en  startknop:  Open  en  sluit  een
van de portieren terwijl het contact UIT staat.
Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop: 
Houd  het  motortoerental  van  de  tweede  auto  constant  en  zet  het
contact AAN. Start vervolgens de motor van de auto.
Auto's met Smart entry-systeem en startknop: 
Houd  het  motortoerental  van  de  tweede  auto  constant  en  zet  het
contact AAN. Start vervolgens de motor van de auto.
Verwijder de startkabels in exact de omgekeerde volgorde van aan-
sluiten als de motor van uw auto aangeslagen is.

Laat,  nadat  de  motor  van  uw  auto  aangeslagen  is,  de  auto  zo  snel
mogelijk nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.

5

6

7

8

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book  Page 626  Monday, April 9, 2018  2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

627

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

8

Bij prob

lemen

Starten van de motor als de accu leeg is 

De auto kan niet worden aangeduwd.

Voorkomen van ontlading van de accu

Zet de koplampen en het audiosysteem uit als de motor niet draait. (Auto's
met Stop & Start-systeem: Behalve wanneer de motor is uitgezet door het
Stop & Start-systeem.)

Schakel niet-noodzakelijke elektrische verbruikers uit als er gedurende lan-
gere tijd met lage snelheden gereden wordt, bijvoorbeeld in een file.

Laden van de accu

De accu zal geleidelijk aan ontladen, zelfs wanneer de auto niet in gebruik is.
Dit  wordt veroorzaakt door natuurlijke ontlading  en het effect van bepaalde
elektrische  apparatuur. Als  de  auto  langere  tijd  niet  gebruikt  wordt,  kan  de
accu ontladen en kan de auto mogelijk niet meer worden gestart. (De accu
laadt automatisch op tijdens het rijden.)

Bij het bijladen of vervangen van de accu

Auto's met Smart entry-systeem en startknop: Wanneer de accu ontladen is,
is  het  in  sommige  gevallen  niet  mogelijk  om  de  portieren  te  ontgrendelen
met het Smart entry-systeem met startknop. Gebruik de afstandsbediening
of de mechanische sleutel om de portieren te vergrendelen of te ontgrende-
len.

Auto's met Smart entry-systeem en startknop: Mogelijk start de motor niet
bij de eerste poging nadat de accu weer is opgeladen, maar start hij wel nor-
maal bij de tweede poging. Dit wijst niet op een storing.

Auto's  met  Smart  entry-systeem  met  startknop:  De  stand  van  het  contact
wordt door de auto opgeslagen. Wanneer de accu weer wordt aangesloten,
keert  het  systeem  terug  naar  de  stand  die  was  geselecteerd  voordat  de
accu ontladen raakte. Zet vóór het losnemen van de accu het contact UIT. 
Wees extra voorzichtig bij het aansluiten van de accu wanneer u niet zeker
weet in welke stand het contact stond voordat de accu ontladen raakte.

Auto's met Stop & Start-systeem: 
Na het opladen van de accu of het weer aansluiten van de accupolen, wordt
de  motor  gedurende  ongeveer  5  -  40  minuten  mogelijk  niet  automatisch
door het Stop & Start-systeem uitgeschakeld.

Wanneer de accu wordt vervangen (auto's met Stop & Start-systeem)

Gebruik een accu die geschikt is voor gebruik met het Stop & Start-systeem
of  een  gelijkwaardige  accu.  Wanneer  een  niet-ondersteunde  accu  wordt
gebruikt, wordt de werking van het Stop & Start-systeem mogelijk beperkt om
de accu te beschermen. 
Ook nemen de prestaties van de accu mogelijk af en kan de motor mogelijk
niet worden herstart. Neem voor meer informatie contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book  Page 627  Monday, April 9, 2018  2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

628

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

WAARSCHUWING

Voorkomen van brand en explosie

Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht om te voorkomen dat het
licht ontvlambare gas dat uit de accu kan komen, per ongeluk tot ontbran-
ding komt:

Zorg ervoor dat de startkabel aangesloten wordt op de juiste accupool en
niet  per  ongeluk  in  aanraking  komt  met  een  ander  onderdeel  dan  de
bedoelde accupool.

Zorg ervoor dat de op de “+”-pool aangesloten startkabel niet in contact
komt  met  andere  onderdelen  of  metalen  oppervlakken,  zoals  metalen
steunen en ongelakt metaal.

Laat de “+” en “-” klemmen van de startkabels niet in contact komen met
elkaar.

Rook niet en gebruik geen lucifers, aanstekers en open vuur in de buurt
van de accu.

WAARSCHUWING

Voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de accu

De accu bevat giftige en corrosieve elektrolyt en de onderdelen van de accu
bevatten lood en loodhoudende samenstellingen. Neem bij het omgaan met
de accu de volgende voorzorgsmaatregelen in acht:

Draag bij het werken met de accu altijd een veiligheidsbril en zorg ervoor
dat de vloeistof uit de accu niet in contact komt met de huid, kleding of de
carrosserie van de auto.

Leun niet over de accu heen.

Was accuvloeistof, die op de huid of in de ogen terecht is gekomen, direct
weg met water en raadpleeg een arts. 
Bedek  de  plaats  waar  de  accuvloeistof  op  terechtgekomen  is  met  een
natte spons of doek totdat er medische hulp kan worden verkregen.

Was  altijd  uw  handen  nadat  u  de  accudrager,  de  accupolen  en  andere
accu-gerelateerde onderdelen hebt aangeraakt.

Houd kinderen uit de buurt van de accu.

OPMERKING

Omgaan met startkabels

Zorg  er  bij  het  aansluiten  van  de  startkabels  voor  dat  deze  niet  verstrikt
raken in de koelventilatoren of in de aandrijfriem van de motor.

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book  Page 628  Monday, April 9, 2018  2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

629

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

8

Bij prob

lemen

Auto's met een instrumentenpaneel met 3 meters: Het waarschu-
wingslampje hoge koelvloeistoftemperatuur (

Blz. 570) gaat bran-

den  of  u  merkt  een  verlies  aan  trekkracht  (bijvoorbeeld  de
rijsnelheid neemt niet toe).
Auto's met een instrumentenpaneel met 2 meters: De koelvloeistof-
temperatuurmeter (

Blz. 110) komt in het rode gebied of u merkt

een  verlies  aan  trekkracht  (bijvoorbeeld  de  rijsnelheid  neemt  niet
toe).

Er komt stoom onder de motorkap uit.

Breng de auto op een veilige plaats tot stilstand, schakel de aircon-
ditioning uit en zet vervolgens de motor af.
Als er stoom te zien is: 
Open, nadat de stoom is verdwenen, voorzichtig de motorkap.
Als er geen stoom te zien is:
Open voorzichtig de motorkap.

Als uw auto oververhit raakt

Het volgende kan erop duiden dat de auto oververhit raakt.

Correctieprocedures

1

2

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book  Page 629  Monday, April 9, 2018  2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

630

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

Behalve 8NR-FTS en 1WW motor

Controleer  nadat  de  motor  vol-
doende is afgekoeld de slangen
en het radiateurblok (radiateur)
op sporen van lekkage.

Radiateur
Koelventilator

Neem bij lekkage van een grote
hoeveelheid  koelvloeistof  on-
middellijk contact op met een er-
kende  Toyota-dealer  of  herstel-
ler/reparateur  of  een  andere
naar  behoren  gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.

8NR-FTS en 1WW motor

Controleer  nadat  de  motor  vol-
doende is afgekoeld de slangen
en het radiateurblok (radiateur)
op sporen van lekkage.

Radiateur
Koelventilatoren

Neem bij lekkage van een grote
hoeveelheid  koelvloeistof  on-
middellijk contact op met een er-
kende  Toyota-dealer  of  herstel-
ler/reparateur  of  een  andere
naar  behoren  gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.

3

1

2

3

1

2

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book  Page 630  Monday, April 9, 2018  2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

631

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

8

Bij prob

lemen

Het koelvloeistofniveau is correct als het zich tussen de streepjes
FULL en LOW van het reservoir bevindt.

Reservoir
FULL (maximaal)
LOW (minimaal)

4

1

2

3

Behalve  8NR-FTS  en  1WW
motor

8NR-FTS motor

1WW motor

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book  Page 631  Monday, April 9, 2018  2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

632

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

Vul indien nodig koelvloeistof bij.

In noodgevallen mag ook water gebruikt worden als u geen koelvloeistof
bij de hand hebt.

Start  de  motor,  schakel  de  airconditioning  in  en  controleer  of  de
koelventilator van de radiateur draait en of er geen koelvloeistof lekt
uit de radiateur of de slangen.

De  koelventilator  gaat  draaien  als  de  airconditioning  wordt  ingeschakeld
direct na een koude start. Controleer of de ventilator draait door ernaar te
luisteren en te voelen of er luchtstroom is. Schakel als u hier niet zeker van
bent de airconditioning nog een aantal keer in en uit. (De ventilator werkt
mogelijk niet bij temperaturen beneden het vriespunt.)

Als de koelventilator niet draait: 
Schakel  onmiddellijk  de  motor  uit  en  neem  contact  op  met  een
erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Als de koelventilator draait: 
Laat de auto nakijken door de dichtstbijzijnde erkende Toyota-dea-
ler  of  hersteller/reparateur  of  een  andere  naar  behoren  gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.

5

Behalve 8NR-FTS motor

8NR-FTS motor

6

7

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book  Page 632  Monday, April 9, 2018  2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

633

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

8

Bij prob

lemen

WAARSCHUWING

Bij controles in de motorruimte van uw auto

Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht. 
Het  niet  in  acht  nemen  van  de  voorzorgsmaatregelen  kan  ernstig  letsel,
zoals brandwonden, tot gevolg hebben.

Als  er  stoom  onder  de  motorkap  vandaan  komt,  open  de  motorkap  dan
niet voordat de stoom is verdwenen. De motorruimte kan zeer heet zijn.

Houd uw handen en kleding (met name stropdassen, sjaals en dassen) uit
de buurt van de ventilator en aandrijfriemen. Als u dit niet doet, kunnen uw
handen of kleding bekneld raken, wat kan leiden tot ernstig letsel.

Draai  de  dop  van  het  koelvloeistofreservoir  niet  los  als  de  motor  en  de
radiateur heet zijn. 
Er kan hete stoom of koelvloeistof uit spuiten.

OPMERKING

Bij het bijvullen van koelvloeistof

Vul langzaam koelvloeistof bij nadat de motor voldoende is afgekoeld. Het
te snel bijvullen van koude koelvloeistof bij een hete motor kan schade aan
de motor veroorzaken.

Voorkomen van beschadigingen aan het koelsysteem

Houd u aan de volgende voorzorgsmaatregelen:

Zorg dat de koelvloeistof niet verontreinigd raakt (bijvoorbeeld met zand of
stof)

Gebruik geen koelvloeistofadditief.

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book  Page 633  Monday, April 9, 2018  2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

634

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

Vul de brandstoftank van uw auto.
Bedien  om  het  brandstofsys-
teem  te  ontluchten  de  ontluch-
tingspomp  totdat  u  meer
weerstand voelt.

Start de motor. (

Blz. 234, 238)

Als de motor niet aanslaat nadat de bovenstaande stappen zijn uitgevoerd,
wacht dan 10 seconden en voer stap 2 en 3 vervolgens opnieuw uit. Raad-
pleeg  een  erkende  Toyota-dealer  of  hersteller/reparateur  of  een  andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige als de motor nog
steeds niet gestart kan worden.

Trap nadat de motor is aangeslagen het gaspedaal iets in tot de motor
soepel ronddraait.

Als u zonder brandstof komt te staan en de 

motor afslaat (alleen 1ND-TV motor)

Als u zonder brandstof komt te staan en de motor afslaat:

1
2

OPMERKING

Als de motor opnieuw gestart wordt

Start de motor niet als er nog geen brandstof is bijgevuld en het brandstof-
systeem  nog  niet  ontlucht  is  met  de  ontluchtingspomp.  Hierdoor  kan
schade aan de motor en het brandstofsysteem ontstaan.

Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop: Laat de startmotor niet
langer dan 30 seconden onafgebroken werken. Anders kunnen de start-
motor en de bedrading oververhit raken.

3

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book  Page 634  Monday, April 9, 2018  2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

635

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

8

Bij prob

lemen

Zet de motor af. Zet de selectiehendel in stand P (Multidrive CVT)
of N (handgeschakelde transmissie) en activeer de parkeerrem.
Verwijder modder, sneeuw of zand rond de voorwielen.
Leg een stuk hout, stenen of ander materiaal onder de voorwielen
om de wielen grip te geven.
Start de motor opnieuw.
Zet de selectiehendel in stand D of R (Multidrive CVT) of in de 1e
versnelling of de achteruit (handgeschakelde transmissie) en deac-
tiveer de parkeerrem. Trap vervolgens voorzichtig het gaspedaal in.

Wanneer u de auto moeilijk los kunt krijgen

Auto's met een instrumentenpaneel met 3 meters

Auto's met een instrumentenpaneel met 2 meters

Als de auto vast komt te zitten

Voer de volgende procedures uit als de banden doorslippen of
als de auto vastzit in modder, sneeuw, enz.:

Druk  op 

  om  de TRC  uit  te  schake-

len.

Druk  op 

  om  de TRC  uit  te  schake-

len.

1

2
3

4
5

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book  Page 635  Monday, April 9, 2018  2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

636

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

WAARSCHUWING

Bij het vrij proberen te krijgen van een auto die vastzit

Als u de auto in beweging wilt krijgen door te “schommelen”, controleer dan
eerst of er in de omgeving van de auto geen andere auto's, objecten of per-
sonen aanwezig zijn die geraakt zouden kunnen worden als de auto plotse-
ling in beweging komt. De auto kan ook een plotselinge beweging maken
als de wielen weer grip krijgen. Neem de grootst mogelijke voorzichtigheid
in acht.

Bedienen van de selectiehendel

Zet de selectiehendel niet in een andere stand als het gaspedaal is inge-
trapt. 
Als u dat wel doet, kan de auto onverwacht snel accelereren, waardoor een
aanrijding en ernstig letsel kunnen ontstaan.

OPMERKING

Om beschadiging van de transmissie en andere componenten te voor-
komen

Vermijd dat de voorwielen doorslippen en dat u het gaspedaal verder dan
noodzakelijk intrapt.

Als  de  auto  na  deze  pogingen  nog  steeds  vastzit,  moet  deze  door  een
ander voertuig worden losgetrokken.

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book  Page 636  Monday, April 9, 2018  2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

638

UK AURIS_HB_EE

9-1. Specificaties

Onderhoudsgegevens 

(brandstof, oliepeil, enz.)

Afmetingen en gewichten

Totale lengte

4.330 mm (170,5 in.)

Totale breedte

1.760 mm (69,3 in.)

Totale hoogte

*

1

1.475 mm (58,1 in.) 

Wielbasis

2.600 mm (102,4 in.)

Spoorbreedte

Voor

1.535 mm (60,4 in.)

*

2

1.525 mm (60,0 in.)

*

3

1.515 mm (59,6 in.)

*

4, 5

Achter

1NR-FE en 1ND-TV motor

1.535 mm (60,4 in.)

*

2

1.525 mm (60,0 in.)

*

3

1.515 mm (59,6 in.)

*

4

1ZR-FAE, 8NR-FTS en 
1WW motor

1.525 mm (60,0 in.)

*

2

1.515 mm (59,6 in.)

*

3

1.505 mm (59,3 in.)

*

5

Maximaal toelaatbaar voertuiggewicht

1NR-FE motor

1.735 kg (3.826 lb.)

1ZR-FAE motor

1.830 kg (4.035 lb.)

*

6

1.805 kg (3.980 lb.)

*

7

8NR-FTS motor

1.845 kg (4.068 lb.)

*

6

1.820 kg (4.012 lb.)

*

7

1ND-TV motor

1.820 kg (4.012 lb.)

1WW motor

1.890 kg (4.167 lb.)

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book  Page 638  Monday, April 9, 2018  2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

639

9-1. Specificaties

UK AURIS_HB_EE

9

Voertuig

specificatie

s

*

1

: Ongeladen auto

*

2

: Auto's met 195/65R15 banden

*

3

: Met 205/55R16 banden

*

4

: Auto's met 215/45R17 banden

*

5

: Auto's met 225/45R17 banden

*

6

: Auto's met Multidrive CVT

*

7

: Auto's met handgeschakelde transmissie

Maximale 
asbelasting

Voor

1NR-FE, 1ZR-FAE, 8NR-FTS 
en 1ND-TV motor

1.020 kg (2.249 lb.)

1WW motor

1.080 kg (2.381 lb.)

Achter

1.010 kg (2.227 lb.)

Kogeldruk

1NR-FE en 1ND-TV motor

55 kg (121 lb.)

1ZR-FAE, 8NR-FTS en 
1WW motor

65 kg (143 lb.)

Maximaal 
aanhangwagen-
gewicht

Geremd

1NR-FE en 1ND-TV motor

1.000 kg (2.205 lb.)

1ZR-FAE, 8NR-FTS en 
1WW motor

1.300 kg (2.867 lb.)

Ongeremd

450 kg (992 lb.)

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book  Page 639  Monday, April 9, 2018  2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

640

9-1. Specificaties

UK AURIS_HB_EE

Voertuigidentificatienummer

Het voertuigidentificatienummer (VIN) is het wettelijke identificatie-
nummer  van  uw  auto.  Dit  is  het  belangrijkste  identificatienummer
van uw Toyota. Het wordt gebruikt voor het op naam zetten van de
auto.
Dit  nummer  is  aangebracht
onder de rechter voorstoel.

Dit  nummer  staat  ook  op  het
typeplaatje.

Identificatie van de auto

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book  Page 640  Monday, April 9, 2018  2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

641

9-1. Specificaties

UK AURIS_HB_EE

9

Voertuig

specificatie

s

Motornummer

Het  motornummer  is  op  de  aangegeven  plaats  ingeslagen  in  het
motorblok.

1NR-FE motor

1ZR-FAE motor

8NR-FTS motor

1ND-TV motor

1WW motor

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book  Page 641  Monday, April 9, 2018  2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

 

 

 

 

 

 

 

Content      ..     33      34      35      36     ..